Binnen een jaar heeft het college van Wijdemeren van maar liefst drie wethouders afscheid moeten nemen. Dat kost veel gemeenschapsgeld. Daarom dienden we als ChristenUnie samen met Dorpsbelangen en het CDA gisteravond een motie in. Wij vinden dat terughoudendheid in het aanstellen van een nieuwe wethouder gepast is. Het inwerken van een vierde wethouder kost veel tijd en energie, met name van de ambtelijke organisatie. Wanneer we weten wat voor gemeente we kunnen en willen zijn, weten we ook of we een vierde wethouder nodig hebben en waarvoor.

Esther Kaper: "In onze motie riepen we de gemeenteraad op voorlopig geen vierde wethouder te installeren. Wat mij betreft had de motie ook kunnen heten: bezint eer ge begint. Dat is geen advies aan de potentiële nieuwe wethouder, maar gaat over de beslissing om deze te installeren. Het gaat ons om de kosten en baten: wat kost het ons nu, aan geld en ambtelijke capaciteit om een vierde wethouder te betalen en in te werken? Weegt dat op tegen de baten, wat levert het ons de komende maanden op? 

Kan de nieuwe wethouder goed worden ingewerkt en volop aan de slag, voordat we hebben besloten wat voor gemeente we kunnen en willen zijn? Wij denken van niet, voorlopig tenminste. Daarom vragen we om terughoudendheid. Bezint eer ge begint: laten we goed nadenken over de gevolgen, voor zowel de ambtelijke organisatie als de potentiële nieuwe wethouder zelf, voordat we actie ondernemen. 

In het najaar hebben we meer zicht op de toekomst van onze gemeente en wat daarvoor nodig is. Met klem vraagt de ChristenUnie daarom om op een later moment opnieuw te kijken naar de noodzaak van een vierde wethouder. Daarbij hebben we oog voor de huidige verhoudingen binnen het college en hebben we begrip voor de PvdA-GL die er momenteel alles aan doet om een wethouder te leveren, om daarmee een volwaardig onderdeel te zijn van het college. De eerder genoemde overwegingen wegen voor ons echter zwaarder, dus laten we even pas op de plaats maken."

Wilna Wind (PvdA-GL) vertelde dat deze argumenten ook in hun afweging voorbij zijn gekomen, maar dat ze toch hebben gekozen voor versterking van het college. Margriet Rademaker (DLP) zei dat de werkdruk van de huidige drie wethouders hoog is. Esther Kaper reageerde daarop dat we ook aan de werkdruk van onze ambtenaren moet denken, die verantwoordelijk zijn voor het inwerken van de nieuwe wethouder én tegelijkertijd bezig zijn met een organisatieherstelplan, financieel herstelplan en toekomstperspectief.

Uiteindelijk stemden 13 raadsleden tegen de motie (DLP, VVD, PvdA-GL en D66) en 5 vóór (Dorpsbelangen, CDA en ChristenUnie).